Wanneer we de dojo ingaan dan gaan we de stilte in. In onze traditie van Sôtô Zen is stilte vooral innerlijke stilte. Laat het geklets met jezelf verdwijnen. Uittreksel uit persoonlijke gesprekken. Laat de innerlijke dialoog los. Verbaal denken, mentale beelden, associaties van ideeën, dagdromen. Deze stroom van mentale activiteit is enorm krachtig. Heel snel brengt hij ons heel ver van het nu. Daarom moeten we uiterst waakzaam zijn.
Keer zo vaak mogelijk terug naar de aanwezigheid van het lichaam. Het lichaam is van nature stil. Het geeft geen commentaar. Het is gewoon pure aanwezigheid. Er is niets dan stilte. De stilte waar we het hier over hebben heeft niets te maken met de afwezigheid van iets. Een afwezigheid van lawaai of een afwezigheid van geluid of een afwezigheid van woorden. Het heeft ook niets met een verbod te maken. Geen praten, geen lawaai.
In Zen is deze stilte synoniem met aanwezigheid. Synoniem met beschikbaarheid, openheid, ontvankelijkheid, eenheid. Laat het innerlijke geklets los en laat natuurlijk het uiterlijke geklets los: wie ben ik? Waar ik vandaan kom ? Waarom ben ik hier ? Mijn verwachtingen, mijn problemen, mijn leven. Door het gebabbel te stoppen beschermen we de stilte van anderen. ALS we echt moeten spreken voor organisatorische zaken, voor praktische zaken, dan moeten we dat met gedempte stem doen.
Een gedicht van Meester Wanshi begint: Wanneer de stilte van woorden opent, lijkt het eeuwig aanwezig.
Word je bewust van de gedachten waar je mee bezig bent en zonder oordeel, zonder commentaar, onttrek jezelf eraan, laat los door direct terug te keren naar je houding. Hoe goed die gedachten ook zijn, hoe diep, hoe waardevol, laat los alsof je iets met je hand laat vallen.
Keer terug naar de stabiliteit van je stoel, naar je adem. Kom terug in alles wat van nature in het huidige moment is. Al het andere tijdens zazen heeft geen plaats. Houd het nu vast. De houding van zazen is vooral een houding van evenwicht. Het is een houding van diepe ontspanning. Als men te veel uit eigen wil oefent, verstijft de houding. Het wordt moeilijk. Deze houding komt voort uit een eenvoudig principe. Alles wat zwaar is, valt naar beneden, alles wat licht is, gaat rechtop zitten. Laat alles vallen wat van nature wil ontspannen, alle spieren van het gezicht, de wenkbrauwen, het voorhoofd, de kaken, de keel, de schouders, de armen, de handen, de zonnevlecht, de hele buikmassa, de maag, de billen , benen, knieën die op de grond wegen.
Laat van al deze neerwaartse bewegingen de ruggengraat rechttrekken, moeiteloos, zonder spanning. Als je ademt, adem dan met je hele lichaam en het is de hele houding die inspireert, alle houding die uitademt. Laat vooral de buik ontspannen, open alsof alle lucht door de buik heen en weer gaat. Deze houding vereist geen spierinspanning. Daarom kunnen we lang stil blijven zitten.
Deze houding is levend, bewust, aanwezig, ontvankelijk, verwelkomend. Stop tijdens zazen de innerlijke strijd. Er is niemand om mee te vechten. Als er geen vechter is, is er geen strijd. Meester Deshimaru heeft ons vaak geleerd: Zazen is terugkeren naar normale condities van lichaam en geest. Normale omstandigheden zijn onduidelijk. Maar tijdens zazen door je ervaring, kun je er een diepe intuïtie over hebben. Alsof je daarin iets diep bekends vond, maar vergeten.